Anousha Nzume, Rachida Lamrabet en Rachida Aziz
- Home /
- Anousha Nzume, Rachida Lamrabet en Rachida Aziz
“Ze wilden ons begraven maar ze wisten niet dat we zaadjes waren”
De titel verwijst naar een quote van Daniela Ortiz, Peruviaanse kunstenares en activiste die strijd tegen kolonialisme en structureel racisme in Catalonië.. Het vat de levensloop samen van drie geëngageerde vrouwen: Anousha Nzume, Rachida Lamrabet en Rachida Aziz. Vanaf hun geboorte was hun lot bepaald, zou Aziz zeggen. Tijdens hun schoolloopbaan werden ze permanent ontmoedigd en moesten ze vechten om in zichzelf te blijven geloven. Structurele vormen van sociale uitsluiting beletten dat ze zichzelf zouden ontplooien. Ondanks al die tegenwind groeiden ze uit tot stevige bomen. Drie bomen die misschien bittere, maar voedzame vruchten leveren aan onze samenleving. Ze confronteren ons met het onrecht dat ze zelf hebben ervaren, maar ook met het onrecht dat de samenleving dagelijks produceert tegenover mensen die er anders uitzien, denken en/of zijn.
Anousha Nzume, geboren in Moskou (Rusland) groeide op als Anna Steijn tot ze op haar 18de besloot om de naam van haar biologische vader te dragen en niet meer die van haar stiefvader. Ze groeide op in Amsterdam en is intussen een bekende Nederlands actrice, columniste, programmamaakster en schrijfster.
Als schrijfster werd ze vooral bekend door de publicatie van haar boek ‘Hallo, witte mensen’. Het is een introductie van ‘Theory of whiteness’ in Nederland en België. Hierbij confronteert ze witte mensen met hun etniciteit en de aspecten die gekoppeld zijn aan hun wit-zijn zoals tal van privileges en structurele vormen van positieve discriminatie die horen bij deze etniciteit. Ze confronteert de lezer ook met de andere kant van de medaille: de dagelijks discriminatie waar mensen met een niet-witte huidskleur mee worden geconfronteerd. Als activiste is ze vooral bekend door haar deelname aan de Zwarte Pieten-discussie en het oproepen tot protest tegen de anti-homo-wet in Rusland.
Rachida Lamrabet, geboren in Marokko, is een Belgisch juriste en schijfster. Ze probeert kunst en recht te combineren in haar inzet voor maatschappelijke verandering. Ze werkte ongeveer 15 jaar als juriste voor UNIA en tegelijkertijd schreef ze romans en maakte kunstwerken om mensen bewuster te maken van verschillende situaties van onrecht in de samenleving. Thema’s die bij haar vaak terugkomen zijn identiteit en migratie. In 2006 won ze de Kif-Kif-prijs ‘Kleur de kunst’. In 2007 debuteerde ze met ‘Vrouwland’ en won ze met dit boek de ‘Debuutprijs’ van Boek.be. Ze was samen met Khalid Benhaddou de enige niet- witte persoon in de veel besproken lijst ‘De 10 invloedrijkste intellectuelen van Vlaanderen’ van Joël De Ceulaer (gepubliceerd in De Morgen 12/01/18).
Ze is vooral gekend door de heisa rond haar ontslag bij UNIA (Interfederaal Gelijke Kansen Centrum). Ze maakte een kunst- project met de naam ‘Burkanisation’ waar ze op basis van het recht op privacy de in de volksmond genoemde ‘boerkawet’ in vraag durfde te stellen. Ze werd verweten de rechtsstaat niet te respecteren en de wet van ‘God’ erboven te plaatsen. Een ernstige en ongefundeerde beschuldiging tegenover een juriste. Wat er gebeurde rondom deze controverse beschrijft ze in het boek ‘Zwijg allochtoon’ waar ze niet ingaat op de details van haar ontslag, maar wel op de structurele redenen die erachter zitten. Ze gebruikt haar eigen ervaring om een link te maken met mensen die uitsluiting ervaren en op basis daarvan pleit ze voor een gezamenlijke strijd ‘totdat iedereen bevrijd wordt’ (cf. Zwijg Allochtoon).
Rachida Aziz, ‘de geur van de bloem is meer dan de naam die het krijgt’ (Oosterse wijsheid). Rachida is ondefinieerbaar en heeft een hekel aan elke poging om haar identiteit te definiëren. Volgens Rachida werd haar enorm geweld aangedaan door haar constant in een hoek proberen te plaatsen. In haar boek ‘Niemand zal hier slapen vannacht’ schrijft ze over zichzelf: ‘Er werd niets van mij verwacht. Een waarzegster was niet nodig om mijn lot te voorspelen. Een blik op de statistieken volstond. Mijn leven zou zich afspelen in de marge, achter de gordijnen van een klein appartement, in de schaduw van een man. Hij zou de kostwinnaar zijn, ik de poetsvrouw.’.
Ze is een strijdster van het eerste uur. Radicaal en principieel omdat ze de problemen bij de wortels wil aanpakken en niet bereid is om compromissen te sluiten met onderdrukkers. Ze is een zeer prominente stem in het debat. Net zoals Anousha neemt ze witheid in de samenleving op de korrel. Haar persoonlijke intellectuele zoektocht was erop gericht om zichzelf te bevrijden van de onderdrukking in de samenleving en zo werd ze een socioloog, antropoloog, filosoof, politicoloog, feministe… baas over eigen leven en een voorvechtster van onderdrukten.
Drie vrouwen, één strijd
Intersectionaliteit
Een gemeenschappelijk deler van deze drie vrouwen is het ‘kruispuntdenken’ of in sociologisch vakjargon: ‘intersectionaliteit. Ze gebruiken elk hun persoonlijke ervaring van onder- drukking als niet-witte vrouw om zich te verbinden met mensen die lijden onder gelijk welke vorm van onderdruking. De strijd voor bijvoorbeeld holebi rechten is immers ook een strijd voor bevrijding en tegen sociale uitsluiting, net zoals de strijd die moslims moeten aangaan. Door hun vrouw-zijn en niet-wit- zijn ervaren de auteurs een ‘dubbele onderdrukking’ en tonen ze hoe dat werkt: Op elke as van onze identiteit zien we dat er een maatschappelijke norm heerst. De mix van onze posities op die verschillende assen vormt onze maatschappelijke po- sitie: de mate waarin we macht, middelen en impact hebben op hoe de samenleving georganiseerd wordt. Bijvoorbeeld: op vlak van gender, etnisch-culturele achtergrond en klasse is de maatschappelijke norm de witte, middenklasse man. Wie op meerdere assen afwijkt van deze norm (bv: een gekleurde, arbeidersvrouw) ervaart een cumulatie van uitsluitingsmechanismen. De drie auteurs laten op die manier zien dat de feministische strijd, tegelijk ook een strijd is tegen armoede, tegen racisme, tegen kolonisatie… kortom, een strijd tegen elke vorm van onderdrukking die gelijkaardige uitsluitingsmechanismen in zich draagt.
De betekenis voor Motief
De verhalen van deze vrouwen markeren een ‘breuk’ in de strijd tegen racisme en islamofobie: de tijd dat vooral ‘witte’ antiracisme-organisaties de strijd aanvoerden is voorbij. Wie dagelijks onder het racisme lijden, eisen hun volwaardig burgerschap
op en gaan nu zelf de agenda en de prioriteiten van de strijd tegen discriminatie bepalen. Daarbij nodigen ze witte mensen uit om aan kritische zelfreflectie te doen omtrent de eigen maatschappelijke positie en de privileges die daaraan verbonden zijn. Om de eigen verantwoordelijkheid, vanuit hun posi- tie, ook ernstig te nemen en te gebruiken. Ook als ze daarmee de eigen privileges dreigen kwijt te spelen. Wie een betrouw- bare medestander wil zijn in die strijd, wordt uitgedaagd om nu consequent weerwerk te bieden aan de bestaande machts- verhoudingen, de eigen privileges in vraag te stellen en de grondrechten van gediscrimineerde groepen te helpen opeisen. Motief gelooft dat deze ‘shift’ in denken over en ageren tegen uitsluitingsmechanismen een noodzakelijke stap vooruit betekent in het uitbouwen van een rechtvaardige samenleving in een superdiverse realiteit. Motief wil zich dan in haar vormingswerk ook engageren:
- enerzijds: om met (groepen van) mensen die niet lijden onder racisme en islamofobie het ‘omdenken’ van een aan- passingslogica naar een transformatielogica (waarbij we op een gelijkwaardige basis opnieuw gaan onderhandelen over hoe we onze samenleving vorm gaan geven) te maken. Hier staat de vraag centraal: Hoe kunnen we betrouwbare partners worden in het bestrijden van uitsluitingsmechanismen en opeisen van grondrechten?
- anderzijds: om met (groepen van) mensen die lijden onder racisme en islamofobie ‘safe places’ te ondersteunen bij het’ voortouw nemen’ in de strijd. Wat hebben we nodig om onze veerkracht te versterken, hoe vinden we onder- steuning bij medestanders, wat hebben we nodig om onze energie te bewaren voor wat essentieel is?
Meer lezen?
- Anousha Nzume, Hallo, witte mensen, 2017, Amsterdam University Press B.V.
- Rachida Lamrabet, Zwijg allochtoon, 2017, Utgeverij EPO
- Rachida Aziz, Niemand zal hier slapen vannacht, 2017, Uitgeverij EPO