Jan Blommaert

Wie?

Jan Blommaert is taalkundig antropoloog en professor of Languages in Education aan het Institute of Education (University of London). Momenteel is hij verbonden aan Babylon, Centrum voor Studies van de Multiculturele Samenleving (Universiteit van Tilburg).

Wat?

Blommaert richt zich in zijn onderzoek op het sociaal gebruik van taal en de relatie tussen taal en cultuur. Hij laat zien hoe onze visie op samenleven zich vertaalt in een specifieke woordkeuze en hoe die woordkeuze, op haar beurt, onze ideeën omtrent samenleven beïnvloedt. Blommaert focust daarbij vooral op de realiteit van onze multiculturele samenleving en analyseert hoe door opiniemakers, politici en ‘de man/vrouw in de straat’ gesproken en gedacht wordt over thema’s zoals: migrantenbeleid, integratie, tolerantie, veiligheid, democratie, … Hij kadert dit taalgebruik steeds binnen de bestaande machtsverhoudingen in onze samenleving.

Concreet?

Blommaert uit onder meer vaak kritiek op het ‘integratieparadigma’. Daarmee wordt het volgende bedoeld: in onze samenleving eisen we van nieuwkomers dat zij zich in onze samenleving ‘integreren’. Maar tegelijk blijven we erg vaag over wat dit ‘integreren’ precies inhoudt, aan welke voorwaarden je precies moet voldoen en wanneer je als volwaardig geïntegreerd beschouwd wordt. Door deze onduidelijkheid (bij wijze van voorbeeld: “Je moet je aanpassen aan de Vlaamse normen en waarden”) wordt ‘integreren’ een opdracht die nooit volbracht kan worden. Vaak gaat het ook over eisen die niet wettelijk kunnen afgedwongen worden. Bovendien werkt het discriminerend indien deze (vage) eisen enkel gelden ten aanzien van een klein deel van de bevolking. In realiteit functioneert het dan zo dat wie zich moeten integreren en daarin maar niet lijken te slagen, beschuldigd worden van te weinig wil en inspanning. Verder blijven de échte oorzaken van sociale ongelijkheid in onze samenleving en de discriminerende aard van die onhaalbare eis buiten schot.

Blommaert biedt een scherpe analyse omtrent de spanningsvelden waarmee we in onze superdiverse samenleving te maken hebben. Hij laat zien hoe de meeste samenlevingsproblemen een socio-economisch oorzaak hebben, en niet te wijten zijn aan culturele verschillen, zoals men ons vaak wil doen geloven. Ook verzet hij zich fel tegen het idee dat de democratie en het middenveld zich moeten plooien naar de wetten van het op winst gerichte kapitalisme. Volgens hem moeten we precies naar het tegendeel streven, namelijk dat de democratie en het middenveld de economie sturen in de richting van de belangen van armen, zieken, gepensioneerden, werklozen en minderheden.

Inspiratie?

In debatten over omgaan met levensbeschouwelijke diversiteit, komt het integratieparadigma vaak naar boven. Vooral joden en moslims wordt verweten dat ze zich niet willen integreren in ‘onze’ samenleving. Daarom vindt Motief het belangrijk om in de cursussen over omgaan met levensbeschouwelijke diversiteit het denken en spreken over integratie kritisch onder de loep te nemen en in vraag te stellen.
Daarnaast wil Motief weerwerk bieden aan het ‘culturaliseren’ van samenlevingsproblemen, waarbij culturele verschillen (gebruiken, religie) aangehaald worden als de enige of voornaamste oorzaak van die problemen. We proberen in al onze vormingen veel aandacht te besteden aan het in kaart brengen van de socio-economische context en de daaraan verbonden machtsverhoudingen.

Leestips:

  • De 360° werknemer. De nieuwe arbeidscultuur en de eindeloze concurrentie, EPO, 2012, samen met Paul Mutsaers en Hans Siebers.
  • De heruitvinding van de samenleving, EPO, 2011.
  • Links van de kerk, E-book, 2011.
  • Socialisme voor (her)beginners, EPO, 2010.
  • De crisis van de democratie. Commentaren op actuele politiek, EPO, 2007.
  • Populisme, EPO, 2004, samen met Eric Corijn, Dieter Lesage en Marc Holthof.
  • Ik stel vast. Politiek taalgebruik, politieke vernieuwing en verrechtsing, EPO, 2001.