Paulo Freire – ‘Het algemeen belang’ betekent meestal het belang van de heersende klasse

Paulo Freire (1921-1997) geldt als een ‘klassieker’ in de kritische pedagogie. Freire ontwikkelde zijn visie als alfabetiseringswerker in Brazilië, als docent Portugees en als hoogleraar geschiedenis en filosofie van de pedagogie. Voor Freire was analfabetisme een uiting van eeuwenlange uitbuiting en leven onder mensonwaardige structuren. In 1964 wordt hij voor vijftien jaar uit Brazilië verbannen door het militaire regime omwille van zijn gedachtegoed. Freires bekendste boek ‘Pedagogie van de onderdrukten’ verschijnt in 1970 in het Portugees en enkele jaren later in een Nederlandse vertaling.

Freire kwam tot de vaststelling dat mensen die onderdrukt worden, de mechanismen van hun uitsluiting vaak hebben leren aanvaarden als ‘normaal’. Ze zijn gaan geloven dat de dingen nu eenmaal zijn zoals ze zijn’, dat ‘ongelijkheid er altijd geweest is en ook altijd zal blijven bestaan, dat de onderdrukker het uiteindelijk goed met hen voor heeft en dat het in hun eigen belang is om zo goed mogelijk te voldoen aan de eisen en verwachtingen van hun heersers. De stem van de onderdrukker is dus een ‘verinnerlijkte stem’ geworden, waarmee onderdrukten zichzelf gaan disciplineren, straffen of de mond snoeren. De onderdrukten hebben leren kijken naar de samenleving met de ogen van hun onderdrukkers en aanvaarden zo de positie die ze toebedeeld krijgen.
Ze wijten hun ellende niet aan maatschappelijke structuren en mechanismen, maar aan het eigen onvermogen, of ze zien hun lijden als hun lot. Dit leidt volgens Freire tot gevoelens van machteloosheid, onverschilligheid en fatalisme. Dit fatalisme werkt Freire uit in wat hij noemt de ‘cultuur van het zwijgen’: de diepgewortelde overtuiging dat elke opstand of elk verzet zinloos is.

Bevrijding uit deze cultuur van het zwijgen kan plaats vinden, zo toonde Freire aan, door het gaan van een gezamenlijk bewustwordingsproces. Daarbij vertrok hij niet vanuit grote theorieën, maar vanuit de concrete en alledaagse werkelijkheid van de mensen waarmee hij werkte. In dit proces van bewustwording helpen mensen zichzelf en elkaar om meer inzicht te krijgen in de wereld die hen omringt. De wijze waarop Freire dit leerproces opvat, contrasteert sterk met klassieke educatie waarbij de ene (de leraar) alle kennis bezit en die overdraagt naar de andere (de leerling). In het bewustwordingsproces zoals Freire dat voor ogen heeft, staan dialoog en wederzijds vertrouwen centraal. Mensen leren samen de ‘vanzelfsprekende werkelijkheid’ in vraag stellen, ze leren problematiseren en analyseren, ze verwerven opnieuw zicht op de eigen positie in de samenleving, en op de eigen belangen. Ze her-eigenen hun ogen en stem en komen tot spreken. Ze organiseren zich en komen in actie. Freire schrijft dan ook: “Mensen leren lezen en schrijven is dus niet langer een willekeurige zaak van ba, be, bi, bo, bu, van uit het hoofd leren van vervreemdende woorden, maar een moeilijke leertijd om samen de wereld te benoemen.” Doorheen zo’n collectief bewustwordingsproces leren mensen inzien dat de dingen niet hoeven te zijn zoals ze zijn en dat fundamentele verandering wél mogelijk is.

Voor Freire was het verwerven van kritische bewustwording en het ontmaskeren van ideologieën nooit een doel op zich. Groeien in kritische bewustwording is er bij hem steeds op gericht om de concrete basisomstandigheden waarin mensen leven te verbeteren. Inzicht alleen bevrijdt de mens immers niet. Mensen groeien niet in zwijgen, mensen groeien wanneer ze aan den lijve ervaren – via actie en reflectie op die actie – dat ze kunnen ingrijpen in de eigen werkelijkheid, dat ze daadwerkelijk in staat zijn om de dingen rondom hen in beweging te zetten.

In 1975 wordt Freire eredoctor aan de KU Leuven. Bij zijn bezoek aan Leuven wijst hij erop dat dit bevrijdende bewustwordingsproces ook kan ingezet worden in andere contexten, om daar de cultuur van het zwijgen te doorbreken. “Het fatalisme is niet het privébezit van de Latijns-Amerikaanse analfabeten. In Europa is ook veel fatalisme, en voelen de mensen zich objecten van de geschiedenis, niet als subjecten die de geschiedenis maken. Dat fatalisme heeft verschillende oorzaken. Zoals de Latijns-Amerikaanse boeren denken dat hun lot door God gewild is, zo zien de Europeanen de macht van het establishment, van de technologie, van de economische kernen, als onoverwinnelijk, als een soort God.”

Die God ontmaskeren, dat fatalisme doorbreken, dicht bij onze eigen alledaagse werkelijkheid samen inzicht krijgen in de machten die ons bepalen, opstaan uit het bezette denken, de eigen en onze gemeenschappelijke handelingsruimte vergroten, perspectieven op verandering leren zien en realiseren: in deze kritische vormingspraktijk tracht Motief zich te oefenen. De visie van Freire is dan ook bepalend voor de wijze waarop Motief vandaag haar emancipatorisch vormingswerk opvat. Het blijft een permanent zoekproces voor Motief hoe we Freires inzichten vruchtbaar kunnen inzetten binnen onze context en samenleving van vandaag, en met onze deelnemersgroepen. Want die zijn toch wel heel anders dan de omstandigheden waarin Freire, ruim 40 jaar geleden, in Brazilië, met ongealfabetiseerde boeren werkte. Welke onderdrukking ervaren mensen in armoede hier, hoe wordt de handelingsruimte van jonge moslims beperkt, aan welke heersende normen en verwachtingen moeten zij zich onderwerpen omwille van het zogenaamde ‘algemeen belang’? Bovendien beperkt ‘de cultuur van het zwijgen’ zich niet enkel tot deze minderheden vandaag, want ook middenklassers ervaren dat ze tot in hun denken toe bezet worden door allerlei normen en ambities die de samenleving hen als een wortel voorhoudt: Word wat je wil! The sky is the limit! Wie faalt heeft dat enkel zichzelf te verwijten! Welk belangen hebben middenklassers bij het gaan van emancipatieprocessen? Welke bewustwordingsprocessen zijn bij deze groep nodig om naar een meer solidaire houding en een gemeenschappelijke bevrijdingspraktijk te groeien? Het is de geëngageerde visie van een inmiddels overleden Freire die ons inspireert om te zoeken rond deze vragen.

 

Leestips

Van Freire verscheen in het Nederlands:

  • Paulo Freire, Pedagogie van de onderdrukten, Baarn, In den Toren, 1972.
  • Paulo Freire, Culturele actie voor de vrijheid, Baarn, In den Toren, 1974.
  • Paulo Freire, Pedagogie in ontwikkeling. Brieven aan Guinee-Bissau, , Baarn, In den Toren, 1978.

Over Freire verscheen in het Nederlands:

  • Hans Achterhuis, De praxis als eenheid van actie en reflectie, in Filosofen van de Derde Wereld, Bilthoven, Ambo, 1975, 63-81.
  • Johan Devriendt, Denkers en doeners. Paulo Freire. Pedagogie der onderdrukten,http://www.socius.be/tiki-index.php?page=Paulo+Freire+-+pedagogie+der+onderdrukten
  • Riet Hammen-Poldermans, Paulo Freire – Oskar Negt. Methoden voor bewustwording, Bloemendaal, Nelissen, 1975.
  • Sam Rozemond, Politiek bewust worden. Exemplarisch leren, getoetst aan vormingswerk, onderwijs en alledaagse levenspraktijk, Amersfoort, De Horstink, 1982.